Vooruitlopend op de provinciale statenverkiezingen in maart, slijpen de politieke partijen de messen. Soms gaat dat gepaard met een nogal ziekelijke profileringsdrang. Het klimaat (in de vorige verkiezing totaal ondergeschikt) lijkt nu de inzet. Ongetwijfeld wordt dit mede ingegeven door de gele hesjes beweging bij de buren. Een beweging die overigens helemaal niet over het klimaat gaat, maar over geld. De gele hesjes willen niet voor de kosten opdraaien die het klimaat met zich meebrengt. Dat vindt natuurlijk weerklank bij Nederlanders. Al eerder maakte Buma zich meer zorgen over de kosten dan over het klimaat zelf. Bij de Klimaattafels op weg naar een nationaal akkoord liepen de groene partijen weg omdat de industrie geen koolstofbelasting wil. De PvdA sloot zich bij deze kritiek aan. PVV en FvD roerden zich met de stelling dat er helemaal geen klimaatprobleem bestaat en dus vinden zij elke euro daaraan besteed, weggegooid geld.


De VVD, als beschermheer van de industrie en het kapitaal, kwam daardoor in de beklaagdenbank en dat is in electoraal opzicht bedreigend, ware het niet dat er na Wiegel een nieuw populistisch orakel is opgestaan in de persoon van Klaas Dijkhoff. Als volleerd mindfucker wierp hij zich op als verdediger van de kleine man met de krappe beurs en probeerde hij ondertussen bij de klimaatontkenners PVV en FvD de wind uit de zeilen te nemen. Binnen de regeringsfracties D66 en CU voelt men zich nu gepiepeld. D66 dreigt haar laatste troef te verliezen en CU herinnert zich opeens weer dat God ons opdroeg om goed voor de aarde te zorgen. 


Onder het mom van “Beter laat dan nooit”, lijkt de jeugd eindelijk wakker te zijn geworden. In de VS verenigen ze zich onder “The New Green Deal” beweging en in diverse steden gaan scholieren massaal op donderdag spijbelen. Ze vinden dat de regeringen te weinig doen om hun toekomst veilig te stellen en scanderen dat zonder toekomst, lessen toch zinloos zijn. Ik zou zeggen: “Volhouden!”, zodat het lerarentekort ook gelijk wordt opgelost.


Maar beste mensen in Maas en Waal, ge hoeft niet bevreesd te zijn want, terwijl de politiek nog over het klimaat krakeelt, zorgt Rijkswaterstaat al lang voor ons. Na vele jaren voorbereiding werd deze week een zomerdijk langs de Waal bij Deest doorgestoken om een grote nevengeul te openen. Prachtig! We krijgen er een schitterend natuurgebied bij met, naar verwachting, wilde paarden, herten, oerossen, bevers, otters, wolven en heel, heel veel vogels. Door zo’n 34 van dergelijke projecten in Nederland onder het motto “Ruimte voor de Rivieren”, wordt de kans op overstroming voor ons gebied verlaagd van 1 keer in 290 jaar naar 1 keer in 370 jaar. Dat was nodig vanwege het klimaat, want als de oceanen warmer worden, komt er meer vocht in de atmosfeer die er weer met bakken regen of als sneeuw uitvalt zodra warme en koude lucht elkaar tegenkomen. 

ruimte voor de rivierMaar ik zou Doctor Anders niet zijn als ik er geen kanttekening bij zou plaatsen. Want als ze in de bovenstroomse gebieden nu eens niet net zo veel graafmachines in zouden zetten om overal drainages aan te brengen, te ontbossen en te kanaliseren, zodat het water daar zo snel mogelijk kan worden afgevoerd, zouden wij in het afvoerputje niet zo veel moeite hoeven te doen om het droog te houden.

Het is echter niet de wateroverlast waar we straks het meeste last van gaan krijgen, maar het watertekort in de zomer. Warmere zomers, betekent minder regen, maar nog belangrijker is het dat straks de gletsjers zijn gesmolten. Zonder smeltwater uit de gletsjers gaat de Rijn en dus ook de Waal in de zomer droogvallen. Dat wordt een probleem. Energiecentrales moeten dan door gebrek aan koelwater sluiten en de binnenvaart kan niet meer met volle duwbakken heen en weer. Ook het grondwaterpeil in Maas en Waal daalt dan, zodat oppompen voor de hoognodige irrigatie problematisch wordt.

 

Reacties op grote maatschappelijke problemen verlopen meestal traag en worden helaas vaak ingehaald door de werkelijkheid. In 1939 werd de nieuwe Hollandse waterlinie bestaande uit een stuk onder water gezet land van 85 bij 5 km, 45 forten, 6 vestingen, 2 kastelen, 85 mitrailleurkazematten, ruim 700 betonnen schuilplaatsen en kazematten en ruim 100 militaire sluizen gebruikt om de Duitsers tegen te houden. Ze kwamen helaas met bommenwerpers door de lucht.

Nu bijna 80 jaar later hebben we acht spiksplinternieuwe Joint Strike Fighters om de Russen tegen te houden, maar waarschijnlijk komen die via het internet binnen. Zo ook zal Ruimte voor de Rivieren ons probleem met extreem warme en droge zomers niet oplossen. Tegen de tijd dat bovengenoemde partijen hun conflicten over het bekostigen van klimaatmaatregelen hebben uitgevochten, zou het zomaar kunnen zijn dat het klimaat al niet meer te redden is.

 

Doctor Anders