Dialect. Jazeker, dat hebben we in Horssen ook.
Het Maos en Waols of is het Moas en Woals? Ao of oa, ik denk het eerste, maar twijfel altijd. Laat ik het houden op Horssens, kan niet fout gaan.
Daarom schrijf ik maar gewoon in het AN (Algemeen Nederlands), is makkelijker. Alhoewel, voor menigeen nog knap moeilijk. En dan met name de jeugd, poeh poeh foutloos schrijven is nog wel een dingetje wat ik zo her en der voorbij zie komen. Maar die zijn weer beter in schrijven van andere taal, op Snapchat en zo. Bijvoorbeeld “isg” oftewel “Ja dat is goed”, en dit is nog een heel makkelijk voorbeeld.
Hebben jullie dat ook? Gewoon praten met je kinderen is een uitdaging door die verrekte oortjes die ze altijd in hebben, waardoor ze je niet horen. Op WhatsApp reageren ze niet. Dan maar een snapchat, en ja hoor dan komt er wel reactie.
En oh wee als wij niet stante pede reageren op een berichtje van hen (of is het van hun? 😉). Laten we het er maar op houden dat het een fase is die voorbijgaat.
Maar niks ten nadele van de jeugd. Zij zijn weer beter in dingen waar wij traag in zijn of wat wij niet snappen. Menig zucht ontsnapt aan mijn dochter als die vindt dat ik te langzaam ben in beeldscherm gerelateerde dingen.
Maar ik wijd weer uit merk ik, terug naar het onderwerp: Ons dialect.
Vroeger op de lagere school praatten wij alleen maar plat en thuis ook. Tot een paar maanden voor het einde van de zesde klas, toen moesten we in de klas ineens gaan oefenen met AN. Want ja, na de zomer zou je naar Druten gaan en dan moest je wel netjes kunnen praten.
Is er dan iets mis met in dialect praten?
Nee zeker niet! Mits je het als eerste of tweede taal gebruikt en je wel in staat bent om te schakelen tussen dialect en AN. Beheers je toch maar mooi 2 talen.
Waarom is dat kunnen schakelen zo belangrijk?
Allereerst is het handig als anderen je begrijpen. En met AN is die kans buiten de regio groter dan met alleen dialect. Daarnaast zet je jezelf met alleen dialect op achterstand. Het zegt niks over je intelligentie, maar onderzocht en bewezen is dat dialect onbewust wordt gekoppeld aan IQ; bij het ene dialect wordt het hoger of lager ingeschat dan bij het andere. Als ik me een onderzoek van Erik Scherder goed herinner, dan wordt het Limburgs als laagste ingeschat qua IQ. Dus met alleen dialect moet je in den lande mogelijk eerst door een barrière heen van aannames bij de ander. Is dat erg? Geen idee, dat is persoonlijk.
Moeten we het dialect dan overboord gooien? Nee zeker niet, als je het mij vraagt.
Fantastisch om te spreken vind ik het, maar ik merk dat het met steeds minder mensen kan. Het lijkt uit te sterven heb ik het idee.
Een voorbeeld: Bij ons thuis praatten we plat en op die manier nam ik het vanzelf over. Maar als ik nu thuis kijk, mijn dochter kan er niks van, ondanks dat ze er wel door was omgeven. Soms probeert ze wat, maar het klinkt echt nergens naar. Ditzelfde geldt voor mijn man, geboren en getogen in Brabant, maar kan er ook niks van.
Geldt dit voor alle jongeren? Beheersen ze het dialect niet meer?
Met wie kan ik dan nog wel een beetje plat l..len of owh-en?
Misschien moeten we een clubke oprichten voor platpraoters. Mooi in het Dorpshuis; weer een vereniging met een sociale activiteit erbij.
Ik kan wel een paar suggesties doen voor ereleden die het tot in de puntjes beheersen.
Als eerste en wie kent hem niet, Gerrit Kistemakers, onze welbekende toneelspeler, op de planken in ons dialect.
Zeker niet minder bekend en vorige week was ik nog getuige van zijn dialect beheersing bij de carnavalslunch, Marijn van Bunningen, geweldig hoe het bij hem uit de mond rolt.
En sinds kort weet ik er nog één, in de laatste Maos en Waolse Praotcast heeft ze haar talenten weer tentoon gespreid in het dialect, onze eigen Horssense Dayenne van de Geijn.
Wanneer deze editie van De Klep op de mat valt, dan duurt het niet lang meer tot de Horssense kermis. Laten we er samen weer een mooi en verdraagzaam feest van maken, waar heel Horssen trots op kan zijn. Dan ga ik luisteren wie er nog meer plat kunnen praten, zodat ik mijn Horssens een beetje op pijl kan houden.
Maar eerst ga ik het er toch van nemen, even er tussenuit knijpen en op vakantie. Lekker genieten van een andere mooie omgeving (hoop ik).
Maar niet te lang, want zoals ons mam altijd zei: “Veul plezier en gauw wèr hier”.
Houdoe en wees un bietje durps vur mekaor
Kleppervrouw