Gaan zonneparken echt ten koste van onze voedselvoorziening?
Ons voedsel bestaat uit granen, groente, zuivel en vlees. Voor zuivel en vlees hebben we veel meer oppervlak landbouwgrond nodig dan voor granen en groente. Van de 1,8 miljoen ha landbouwgrond in Nederland wordt 1,3 miljoen ha gebruikt om veevoeder te telen. Omdat we daar al 2500 ha van hebben afgeknabbeld voor de zonneparken, kunnen we dus 0,2% minder veevoeder produceren.
Het vlees, de zuivelproducten en de eieren gaan echter voor 75% naar het buitenland. Het opofferen van landbouwgrond aan zonneparken kan dus gecompenseerd worden door bij gelijkblijvende export zelf (0,8% of wel 3 dagen per jaar) minder vlees en zuivel te eten of 0,25 % minder vlees en zuivel te exporteren.
Eigenlijk hebben we in Nederland gemiddeld sinds 2009 al 5% minder vlees geconsumeerd, dus is er al voldoende gecompenseerd voor de zonneparken. Voor onze eigen gezondheid, de duurzaamheid in het algemeen en het klimaat moet de totale vleesconsumptie in de rijke landen zelfs 75% minder. Dat zal niet meevallen (zie
https://sustainablefootprint.org/nl/meat-consumption-must-fall-by-at-least-75-percent/ ).
Gaat minder export ons land geld kosten?
De totale exportwaarde voor vlees, zuivel en eieren bedraagt € 23 miljard per jaar. Een groot deel van die exportwaarde zouden we moeten corrigeren voor de import van vlees, zuivel en eieren. Dan blijft er maar € 12 miljard over aan netto exportwaarde en bij 0,25 % vermindering daarvan vanwege zonneparken is dat een schade van € 30 miljoen. Daar staat echter tegenover dat we minder energie hoeven te importeren. Die 2500 ha zonneparken op landbouwgrond levert per jaar 3 miljard kWh en als we die zouden moeten kopen voor €0,10/kWh kost dat € 300 miljoen. Dus is er eigenlijk geen probleem voor de handelsbalans en een kans voor boeren om land aan de investeerders van zonneparken te verpachten.
Stikstof en mest
Vermindering van de productie zal overigens ook vanwege de hoeveelheid mest en stikstof nodig zijn. Daar is de BBB het niet mee eens, maar officiële rapporten stellen dat de veestapel gehalveerd moet worden en de regering mikt op 25% vermindering. Als onze veestapel met 25% zou inkrimpen hebben we het over 325.000 ha landbouwgrond die vrijkomt. Het huidige oppervlak zonneparken op landbouwgrond is daar nog geen 1% van. Op de hectares die vrijkomen, kunnen we natuur herstellen, maar ook nog meer asfalt leggen en huizen bouwen. Dat zal nog veel touwtrekken opleveren.
Broeikasgassen
Als onze hoeveelheid rundvee met 25% zou inkrimpen en we dan al de vrijgekomen graslanden met bos gaan beplanten, gaat onze totale uitstoot van broeikasgassen (CO2 equivalenten) in Nederland ook met bijna 15 miljard kg CO2 equivalenten (ofwel ongeveer 10% van de totale Nederlandse emissie) omlaag. In het ETS (Europees emissie handelssysteem) heeft een ton CO2 momenteel een prijs van €100 per ton. De verminderde uitstoot betekent dus een waarde van €1,5 miljard per jaar. Deze winst mogen we echter niet meerekenen omdat de boeren geen CO2 belasting hoeven te betalen voor de uitstoot van hun dieren.
Per koe 125 kg methaan via boeren en scheten en 35 kg methaan uit mest per jaar. Voor de komende 25 jaar is methaan een 80 keer zo sterk broeikasgas als CO2. Totale emissie per koe is dan 12.800 kg CO2 equivalenten per jaar.
In totaal 3,5 miljoen runderen geeft 45 miljard kg CO2 eq. en 2,5 koe per ha grasland geeft een emissie per ha van 32 ton CO2 equivalenten. CO2 vastlegging per ha bos 10 ton per ha per jaar.
Van weiland naar bos levert dus 32 + 10 = 42 ton CO2 eq per ha minder. ETS waarde €4200/ha.
Doctor Anders