Columbus ontdekte Amerika. En bij de naam Columbus denk ik meteen aan het land Colombia in Zuid-Amerika. Nou schijnt Columbus daar nooit geweest te zijn. 

Toch heeft hij in de vroegere hoofdstad Cartagena op een mooi driehoekig plein een groot standbeeld. Op elke zijde van dit standbeeld staat een van zijn schepen afgebeeld: de Pinta, de Nina en de Santa Maria.

Later is Bogota de hoofdstad geworden. Colombia heeft bijna 50 miljoen inwoners en een oppervlakte van 27 x Nederland. Van noord naar zuid loopt er het Andesgebergte. 

De hoofdstad ligt 2600 meter boven de zeespiegel. Dat merkte ik goed toen ik een klimmetje berg op maakte naar de Montserrate op 3150 meter hoogte. Het was een pelgrimstocht (camino) naar de witte kerk op de top. Vaak heb ik op een steen langs de weg op adem zitten komen. Het was Eerste Paasdag, dus de drukte sleepte mij gelukkig soms automatisch mee naar boven. De terugweg toch maar de gondel genomen. 

Spanje heeft 300 jaar de dienst uitgemaakt in Colombia: van 1500 tot 1800. Daarna is het weer onafhankelijk geworden. Dat is niet altijd gladjes verlopen. Wie kent niet de guerrillabeweging FARC. Met de Nederlandse Tanja Nijmeijer voor ons als bekendste strijdster.
Wie heeft er niet gehoord van het imperium van Pablo Escobar. De man die rijk is geworden met zijn wereldwijde handel in cocaïne. In 1993 is hij in Medellín doodgeschoten. Deze stad doet nu veel moeite om een veilig imago op te bouwen. 

De Spanjaarden hebben in hun 300 jaar overheersing in recordtempo het katholieke geloof over Colombia verspreid. Pastoor Hermans zou er zijn vingers bij aflikken. Op Goede Vrijdag was er op het centrale plein van Bogota: Plaza de Bolivar, een kruisweg rond het plein. De 14 staties hadden tijdelijk hier hun plaats gekregen. Een flinke menigte trok al zingend van statie naar statie. Startend bij de kathedraal en zo langs de verschillende regeringsgebouwen. En dat alles met toegewijde aandacht. De kerken zitten er vol. De missen worden in het Latijn gedaan. Kon ik nog meebidden. Vroeger misdienaar geweest. 

Eén op de drie Colombianen leeft in troosteloze armoede. Hoe verder de berg op, hoe uitzichtlozer het leven wordt. In wijk 13 van Medellin is een kleine 20 jaar geleden een project opgestart om van deze onveiligste wijk een van de veiligste te maken. Met hulp van een gids hebben we er een bezoek gebracht. Voor de veiligheid was dat niet nodig, maar wel om goede informatie (in het Engels) te krijgen. De twintigjarige Andrès sprak vol vuur over zijn wijk. Het was trouwens een hele klim er naar toe. Hij gaf onze internationale groep wel een paar tips vooraf: -gedraag je als gast, -kijk met een positieve blik, -beweeg je sexy, -geef GEEN aalmoezen aan kinderen! In de hele wijk 13 hebben we ook geen bedelaar gezien. De wijk heeft perspectief gekregen door investeringen in o.a. de infrastructuur: betere bereikbaarheid. Zo bereik je de top via drie roltrappen van ieder een 50 meter. Daar kunnen ze in Nijmegen met hun fietsroltrap (hoe lang al defect?) een voorbeeld aan nemen. Wijk 13 is een toeristisch trekpleister geworden. Het ziet er schoon en aantrekkelijk uit. Ik voelde me er veilig. Overal is water en licht. 

Andrès vertelt dat dit niet zomaar is bereikt. Eerst was het ieder voor zich om te overleven: ik, ik, ik. Of in het Engels: I am. (Jeugd)bendes bestookten elkaar. Probeerden straten van elkaar af te pikken. Wijkbewoners werden bedreigd. Veel agressie en criminaliteit. Als ik dit zo schrijf, denk ik dat we daarvoor niet persé naar Medellin hoeven. Door perspectief aan de wijk te bieden is dit langzaam gaan veranderen. Mensen kregen en namen verantwoordelijkheid. Namen het voor elkaar op. Van een ik-cultuur ontwikkelde de wijk langzaam een wij-cultuur. Wij leven in deze wijk en we hebben elkaar nodig. We are!!!! Moest ik zo ver van huis om dat te ervaren? 


Colombia heeft een grote variëteit aan landschappen. Er wonen aardige en behulpzame mensen. Het is wel fijn als je een klein beetje Spaans kunt spreken. Om een idee van hun geschiedenis te krijgen, kun je prachtige musea bezoeken. Een beetje stad heeft een goudmuseum, dat de rijkdom van vroeger weerspiegelt. Imposante monumentale gebouwen en kathedralen. En in de steden verschrikkelijk goed openbaar vervoer!


Begin juni met de fiets op pad naar Diessen – Baarschot, dat is andere koek. Er zijn een paar slaapplaatsen over. Dus wie zin krijgt . . .!!! 

Maar eerst nog de Europese verkiezingen: IK GA VOOR “WE ARE”.