In de komende weken zal het er weer om gaan wie de grootste is. De grootste krijgt het in eerste instantie voor het zeggen en mag proberen een kabinet te vormen dat op een meerderheid mag rekenen. De grootste mag ook de premier leveren. De grootste zal naar verwachting ongeveer 30 kamerzetels halen en dat betekent 20 % van de uitgebrachte stemmen en bij een opkomst van 75% staat dat gelijk aan 15 % van de kiesgerechtigde bevolking. De mening van de overige 85 % doet er niet toe. Dat klinkt niet zo erg democratisch maar zo zijn nu eenmaal de regels. Het idee dat de grootste wel enige invloed heeft, is echter ook een illusie. De werkelijke macht van onze gekozen regering wordt zeer sterk beperkt door de marginale speelruimte die ons landje heeft in Europa en in het wereldwijde krachtenveld. Als bijvoorbeeld onze export in elkaar stort door opkomend protectionisme van de VS en het VK, kunnen we daar niets tegen doen. Als onze veestapel moet worden geruimd door het uitbreken van een besmettelijke dierziekte en als onze maakindustrie naar de lage lonenlanden verhuist, hebben wij het nakijken. Bovendien is op veel onderwerpen uiteindelijk niet de politiek beslissend maar het bedrijfsleven of de maatschappelijke organisatie die via een machtig leger aan lobbyisten aan de touwtjes trekt. Als touwtjes niet werken, kunnen deze groepen ons altijd nog chanteren met termen als groei van werkgelegenheid of met staking dan wel met dreigend vertrek naar het buitenland.
Toch worden we opgeroepen om te kiezen. Dat was vroeger kei-makkelijk. Links was voor de armen, rechts voor de rijken en het midden was voor de christelijk opgevoede burgers. Midden was altijd het grootst en kon tijdens de formatie geheel zonder inspraak van de kiezer met links of met rechts verder in zee gaan. Die eenvoudige principes zijn verbrokkeld. Rechts bestaat uit rechts populistisch en rechts voor de bedrijven. Het midden is geheel afgebrokkeld tot een partij voor de boeren in de provincie en wordt geflankeerd door een groep orthodoxen en een groep van iets minder bijbelvaste mannenbroeders. Op links hebben we naast de partij voor arbeiders met modaal inkomen, marxisten, halfrechts/halflinkse intellectuelen en progressieven. Aan het uiteinde van het spectrum bevinden zich nog een handvol dierenvrienden en bejaarden, die opeens senioren heten. En daar blijft het niet bij want intussen zijn er meer dan 80 landelijke partijen aangemeld. Eigenlijk zijn de oorspronkelijke idealistische en principiële zuilen zo langzamerhand helemaal vervangen door een bonte verzameling van belangengroepen. Bij de gemeenteraadsverkiezing zijn er zelfs honderden lokale belangen en dorpsbelangen.
Over principes kun je discussiëren en principes kunnen je toepassen op meerdere onderwerpen. Dat was bij de christelijke centrumpartij vaak wat vergezocht, maar bij conflicterende belangen is dat zinloos. Het gaat alleen nog om “eigen volk eerst” waarbij je voor “volk” elke willekeurige groep van dorpelingen, senioren, bewust ongehuwde moeders, uitkeringstrekkers en transgenders kunt invullen. Dat maakt de keuze niet eenvoudiger omdat elk mens zichzelf wel in meerdere categorieën zou kunnen plaatsen. Het gevolg is dat de kiezer gaat zweven. In het gunstigste geval helpen de kieswijzers met het noemen van de belangrijkste thema’s zoals zorg, onderwijs, energie en klimaat, belasting, ontwikkelingshulp, vluchtelingen, defensie, werkgelegenheid. Je kunt dan bij elk thema méér of minder invullen. Op deze manier blijkt dan dat iedereen meer kostbare voorzieningen wil en minder belastingen. Daar schieten we dus ook niets mee op.
In werkelijkheid gaat het om zeer ingewikkelde kwesties en moeilijke keuzes binnen een beperkt budget en binnen nationale en internationale spelregels. Ik durf te stellen dat 90 % van de stemmers daar te weinig verstand van heeft of zich er gewoon niet in wil verdiepen. Wat overblijft, is een keuze voor de ene of de andere persoonlijkheid met een pakkende oneliner en een portret. We zien die portretten en de leuzes overal. Ze worden opgeplakt en uitgedeeld en we horen de lijsttrekkers in verhitte debatten waarin ze in dertig seconden alternatieve waarheden naar elkaar mogen schreeuwen. Maar als we eerlijk zijn gaat het allang niet meer over de feiten, laat staan over de waarheid. Zo vinden we Marianne wel een lekker ding, Jesse wel fris maar te jong en begint de grote neus en de lijzige stem van Buma ons te ergeren of zijn we helemaal klaar met de lachebek Rutte die zoals in het beroemde Dodenlied van Drs P. steeds weer één kind uit de wagen gooit om de hongerige wolven op afstand te houden. Troika hier, troika daar..
Vindt u dat ik te cynisch ben, dan daag ik iedereen uit om met elkaar een politiek café in ons dorpshuis op te zetten, zodat we vanuit verschillende gezichtspunten echt van gedachten kunnen wisselen. Niet om elkaar schreeuwend te overtroeven of te overtuigen maar om te zorgen dat we er inhoudelijk goed over nadenken en iedereen een weloverwogen keus zal maken op grond van deugdelijke argumenten. Daarmee zouden we kunnen voorkomen dat hier hetzelfde gebeurt als in de VS.
Geef je belangstelling door aan De Klep (Brievenbus dorpspad 9b)en we gaan het regelen...