Sinds kort is Mei uitgeroepen tot 'Bomenmaand' en daar sta ik graag kort bij stil, bomenrijk in brede zin ons dorp al lang is. Onder de oudste reken ik de Lindebomen in mijn / onze directe omgeving, dus nabij onze oude Bonifatiuskerk, onze Lindeboomstraat. Wat een gemeentelijk wanbesluit: de naam zou eerder genoemd dienen te worden 'lindeboompad'. 'Straat' klinkt stads. 'Pad' siert ons beter, maar 'hetisnieaanders'.
Vlgs de Tuinscheurkalender is Mei Bomenmaand. Daar ga ik graag in mee. Bij deze.
Wie rond deze tijd in ons dorp fietst of wandelt, ontwaart zo veel verrukkelijk bloeiende bomen, ingezekerd struiken, dat je telkens weer zou willen stoppen om al die pracht bloesem te aanschouwen en, waar mogelijk, de geur ervan op te snuiven. Wat een intieme samengang van plant en dier, hoe nederig ook. Beide kunnen niet zonder elkaar, zo is het leven in planten- en dierenrijk goed geregeld. Ook in jullie tuin, beste lezers.
Sta me toe om niet stil te staan bij mijn bomentuin, want ik wil nu per sé halt houden bij een bijzonderheid in ons dorp, langs de Rijdt: daar staan wat perelaars, bedoeld als sierbomen, maar vruchtdrachtig: die zijn eetbaar. Voor compotdoeleinden. Heerlijk.
Hoe kwam de groendienst van de gemeente die daar aan te planten? Ik beschouw het als een geluk bij een ongeluk.
Ga in de herfst eens rapen en erna ermee kokerellen! Prijs je er dan maar gelukkig mee,
Piet G. Vos