| Sprokkelmaands regen, is grasmaands zegen.
| Als in februari de muggen zwermen, moet ge in maart uw oren wermen
(warmen).
| In februari ziet de boer liever een hongerige wolf, dan een man in
hemdsmouwen.
| In de korte maand regen, is vette mest en zegen
| In februari een muggendans, Geeft voor maart een slechte kant
| Vliegt de mug in februari, dan huivert men het ganse jaar
| Schijnt morgen rood je tegen, dan dreigt februari met regen
| Als vroeg krokussen bloeien, dan zullen ze met de koude stoeien.
| In februari guur en koud, dan komt er een zomer waarvan je houd
| Is februari nat en koel, dan wordt juli dikwijls heet en zwoel.
| In februari al de lente? Dat geeft broden zonder krenten.
| Februari met vorst en wind, maakt weldra de Pasen blind.
| Als februari lacht, dan wordt maart niet zacht.
| Februari is nooit zo fel, of ze geeft drie lentedagen wel.
| Een koude februari geeft een goed roggejaar.
| Als het in februari niet sneeuwt, weet dan dat je later, in de zomer van
hitte geeuwt.
| Wanneer februari iedereen winst brengt, dan klagen de boeren het
minst.
| Lichtmis(2) donker maakt de boer tot jonker.
| Lichtmis helder en klaar, maakt de boer tot bedelaar.
| Brengt Lichtmis wolken en regen mee, dan is de winter voorbij en komt
niet meer.
| Geeft Lichtmis klaverblad, met Pasen sneeuw op het pad.
| Op Romaldus (7) storm en blazen, zal in mei het vee doen grazen.
| Klaar weer op St. Silvijn (17), het kan nog twee maanden winter zijn.
| St. Matthijs(24) breekt het ijs, maar wil het ijs niet breken, dan vriest het
nog zes weken.