Na 25 jaar en ongeveer 500 keer “Bekeken in twee weken” is het mooi geweest. Welletjes. De man met de klepper in de hand kwam vroeger de mensen waarschuwen voor brand en ander onheil. Onze Klepperman bracht alleen onschuldig nieuws. Hij komt nog één keer langs en dan hangt hij zijn klepper aan de wilgen.
In 1992, toen De Klep bijna dood was, kwam Sjaak Basten bij hem langs. “Dit mogen we toch niet laten gebeuren”. Bakker Sjaak ging zelf voor adverteerders zorgen om de financiële nood te lenigen en vroeg aan Marius Derksen om stukskes te gaan schrijven. “Waarom ik?” vroeg hij. “Omdat gij nogal veul wit”.
De klepper en de man
En zo is het gekomen. Jos Veens en Jos Fransen waren met schrijven gestopt en of Marius dat gat maar wilde opvullen. Hij had aanvankelijk wel twijfel. Hij was als politieman in Druten van veel grote en kleine zaakjes op de hoogte en vond dat niet verenigbaar met de achterklap en het kleppen in een dorpsblaadje. Dat zou het vertrouwen in het gezag en de discretie kunnen schaden. Dat zou de dorpsdokter Wim Gerrits sr, die alles van iedereen wist, tenslotte ook nooit gedaan hebben en meneer pastoor zou ook niet uit de biechtstoel klappen.
Toevallig werd hij overgeplaatst naar Wijchen en na ’95 zelfs naar Zutphen. Hij kreeg een heel andere functie als kennismakelaar voor de collega politiemannen. Hij verzamelde met een team van 12 collega’s achter de PC alle relevante kennis over de geldende regels en wetten, de jurisprudentie, wapens, drugs en alles wat je voor een recherche of een proces verbaal nodig kan hebben. Die situatie maakte dat hij er geen probleem meer mee had om in De Klep te schrijven. Wel stond hij er op om anoniem te blijven want hij wilde niet dat andere mensen hem als penvoerder voor hun zaakjes zouden gaan gebruiken.
De Klepperman woont zelf al sinds 1983 in Horssen, was bij de voetballerij en bleek gevoelige antennes in het dorp te hebben. Mensen die bij de Carnaval, onder voetbal, op school, in het koor of onder biljart zitten, leverden hem regelmatig nieuwtjes uit het dorp en verder volgde hij zelf als liefhebber alle sport in de kranten en op TV. Hij had zelden gebrek aan stof. Hij moest er wel voorzichtig mee omgaan. Prudent blijven, niet kwetsen en niet schelden en al helemaal niet in de valkuil van het nepnieuws vallen. De woorden fake-news en factchecken bestonden nog niet maar Marius ontroleerde meestal wel eerst of het klopte. Een enkele keer kwamen er boze reacties en slechts een paar keer moest hij door omstandigheden verstek laten gaan.
“Je krijgt daar routine in, en ik heb het altijd met veel plezier gedaan” zegt hij. “Een paar uurtjes op zondagmiddag voordat De Klep zou komen, was altijd voldoende, maar nu is het genoeg. Ik ben in een andere fase van mijn leven aangekomen, ga wat vaker voor langere tijd op reis en raak het contact een beetje kwijt. Ze mogen nu wel weten wie er achter dit wazige figuurtje schuil ging. Het is tijd voor een ander.
Namens het Klepbestuur en al onze lezers: Dank voor je vele leuke bijdragen.