Toen Dayenne me vroeg om een recensie voor de Klep te schrijven, had ik nog geen flauw idee. De uitdrukking “Hulde aan de gekulde” was mij niet bekend, maar ik had warme herinneringen aan bijvoorbeeld “Klaore Aerremoei”en “Mûrrig Waoter”. Dat waren ontroerende historische verhalen doorspekt met streekhumor en gebracht door een selectie van de beste spelers uit alle dorpen van Maas en Waal.
Na de voorstelling afgelopen weekend zit ik er een beetje mee dat ik deze keer niet onverdeeld positief ben. De reeks afzonderlijke stukjes toneel werden steeds samengevat met een lied, gevolgd door een complete metamorfose van het toneel en decor. Hoewel heel goed gezongen en gearrangeerd (bravo John Tijssen), miste ik bij die overmaat aan decibellen nogal eens een ondertiteling. Dat heet tegenwoordig musical, het is een populair genre, maar niet mijn favoriete vorm van toneel.
Een ander “dingetje” in dit stuk is dat de schrijvers wel erg veel verschillende thema’s als een spiegel van deze tijd hebben willen aanroeren. De ontzanding en verondieping met afvalstoffen was weliswaar een rode draad, maar daarnaast kwam de generatiekloof met opstandige pubers aan bod, de gebrekkige motivatie van de jeugd op school, de verslaving aan mobieltjes, het gebruik van pretpillen en drugs, de domheid van een supermarkt als graaipaleis met winkeldiefstal, seksuele frustraties van ouderen, het verschijnsel transseksuelen, de teloorgang van de Maos en Waolse streektaal en de belazerderij door politici. Door die grote hoeveelheid thema’s die niet echt diep uitgewerkt werden, maar in een korte sketch werden uitgebeeld, maakte het geheel een wat onsamenhangende en rommelige indruk.
Maar laat ik toch vooral de positieve dingen noemen. De liedjes waren geweldig gezongen met krachtige stemmen waarbij die van Mark van Dinteren zoals altijd onmiskenbaar door de zaal knalde maar ook de anderen niet voor hem onderdeden. Het decor met de filmbeelden dat één geheel vormde met het toneel was een zeer knappe en spectaculaire prestatie waardoor het een geweldige levendige show werd.
Een aantal stukjes toneelspel waren van topkwaliteit omdat het onderliggende thema als een rake karikatuur in één korte sketch werd neergezet. Ik noem de telefoongesprekken met de op sensatie jagende journalist (Hans van Oyen), de protesterende bevolking bij de vergadering met de gemeenteraad en de arrogante wethouder (Jessica Knoet), de weigering van dochter Chantal (Sanne van den Berg) om pretpillen van haar bekakte vriendje (Guus Willems) aan te nemen, het afgeluisterde gesprek tussen ondernemer (Joop Lodder) en corrupte bestuurster (Henriëtte van Dinteren Bouman) en de diverse ruzies tijdens het schoolfeest. Allemaal kleine toneeljuweeltjes, waarin je de regie van Dayenne kon herkennen.
Groot compliment ook voor alle jonge spelers die meededen en voor de Bewaorsmiense om één van de grootste culturele problemen van deze tijd - het ontbreken van de jeugd in het verenigingsleven - te hebben doorbroken.
Al met al een knappen prestatie om met 60 medewerkers zo’n productie te maken en te regisseren. Bravo Bewaorsmiense, we hebben genoten en gelachen.
Han Blok